Met ingang van 2010 moeten de vissers aan de hand van een aantal indicatoren inschatten in hoeverre sprake is van een kwetsbaar leefgebied met bijvoorbeeld koraalriffen en sponsdieren. Als de inschatting wijst op kwetsbaarheid, dan moet dit aan het visserijdirectoraat worden gemeld en de visserijbedrijvigheid tenminste twee zeemijl worden verplaatst. Deze verplichting geldt voor zowel bestaande, dat wil zeggen door het visserijdirectoraat erkende, visgronden als nieuwe nog niet als zodanig gedefinieerde visgronden. In het laatste geval komt er dan echter nog bij dat eerst bij het directoraat een vergunning moet worden aangevraagd. Tevens moet er dan een overheidsinspecteur mee aan boord en dient er onder meer een plan te worden opgesteld hoe de visser in kwestie schade aan het bodemleven denkt te voorkomen. De kosten voor het meevaren van de inspecteur komen voor rekening van de visser dan wel rederij.
Dit artikel is exclusief voor abonnees
Wilt u onbeperkt lezen? Word abonnee en krijg toegang tot unieke maritieme vakinformatie waarmee u altijd up-to-date bent.
Bent u al abonnee?