Een dag later beloofde de toen zwangere Magda Alewijnse dat, wanneer zij een dochter zou krijgen, zij Carlot zou heten. Eerst kwam er een zoon, daarna nog één, maar uiteindelijk werd in 1967 een dochter geboren. En die werd prompt Carlot genoemd.
De Carlot is vorig jaar door een groep enthousiaste particulieren gekocht en ligt sindsdien in Terneuzen. De familie Alewijnse onder leiding van vader Cees (85) uit Nijmegen kwam in Terneuzen nog één keer naar de opgeknapte reddingboot kijken, een initiatief van dochter Carlot zelf. Ze maakten een vaartocht over de Westerschelde.
Carlot Alewijnse ontdekte op de boot overal haar naam; op de petjes van de bemanning, de reddingboei, de reddingvesten, overal Carlot. Een nauwelijks voorkomende naam, die ontstond uit de combinatie Caroline en Lotte. Caroline was de naam van de welgestelde vrouw die de bouw van de reddingboot met een schenking mogelijk maakte. Lotte was haar vriendin.
Vader Cees Alewijnse tegen Mike Nièpce, secretaris van de beheersstichting van de Carlot: ‘Is dat kleine wc’tje er nog?’ Nee dus. Logisch, want de Carlot gaat vanuit Terneuzen rondvaarten verzorgen. Nièpce: ‘We mogen ook asverstrooiingen op zee doen. Heel ander werk dan vroeger. In 40 jaar dienst zijn er 799 mensen gered door de Carlot. Het was de eerste reddingboot met een dicht stuurhuis. Als hij kantelt, ligt-ie in zeven seconden weer overeind.’ (WB)
Dit artikel is exclusief voor abonnees
Wilt u onbeperkt lezen? Word abonnee en krijg toegang tot unieke maritieme vakinformatie waarmee u altijd up-to-date bent.
Bent u al abonnee?