-
Daniël Geluk in navolging van familie in zand- en grindvaart
-
‘Toekomst hangt af van de vrouw die ik tref’
Door Henriette Driesen-Joanknecht
‘Ik wilde na de HAVO gelijk gaan varen, maar mijn vader drong erop aan eerst te proberen of ik iets anders leuk vond. Ik mocht van hem stoppen na mijn propedeuse, dat heb ik gedaan’, vertelt hij. Aanvankelijk begon hij op een hopper op zee en stapte na een jaar over naar de binnenvaart, omdat hij graag voor zichzelf wilde beginnen. Hij voer twee jaar naar boven, maar koos uiteindelijk voor de zand- en grindvaart, omdat dat het beste bevalt. ‘Ik vind het een groot voordeel dat je door de week hard vaart en in het weekend vrij bent. Ik houd ervan om in het weekend vrij te zijn.’
Daniël heeft zijn voorliefde voor de zand- en grindvaart niet van een vreemde, want zijn ouders voeren op de Paulina en hadden met drie broers een zand- en grindhandel. Ze stopten in 1997 met varen, omdat de broers toen de pensioengerechtigde leeftijd hadden. ‘Je moet realistisch zijn. Als ik dat had willen overnemen, dan had ik dat samen met broers en neven moeten doen. Mijn vader en ooms kozen niet voor opvolging in het bedrijf en wij zijn gewoon opnieuw begonnen.’
Vrijgezel
Daniël is lid van Koninklijke Schuttevaer Midden-Zeeland, waarvan zijn vader penningmeester is. De Diantho vaart meestal in Nederland, vertelt hij. ‘We varen vanaf Limburg, Zeeland, de Beneden-Rijn en brengen het naar Rotterdam, Maassluis en Gouda. We komen ook weleens in Friesland. Het meeste werk komt bij Van Nieuwpoort vandaan.’
Hij ziet de toekomst voor zijn schip niet somber in. ‘Ik denk dat we wel werk houden. De laatste nieuwbouw in onze tonnenmaat is van 2003 en als ik zie dat we vorig jaar, ondanks de crisis, goed hebben gevaren, dan ben ik niet somber.’
Voor zijn eigen toekomst heeft hij geen vastomlijnd plan. ‘Ik ben vrijgezel en het hangt ervan af wat voor vrouw ik tref. Ik denk dat ik niet blijf varen tot mijn 60ste, maar heb geen idee wat ik anders zou willen doen. Voorlopig denk ik wel te varen.’
Wat van hem mag veranderen is de CCR-regelgeving. Die is te ver doorgedreven en niet altijd op bestaande schepen toe te passen. Als voorbeeld noemt hij de geluidseisen en de stahoogte. ‘Nieuwe schepen hebben de woning meestal op rubber staan, maar om een oude woning op rubber te krijgen is nog niet zo eenvoudig. Bovendien heb je alleen geluidsoverlast als je volaan draait en dat doe je toch niet met deze gasolieprijzen. Ook de stahoogte is moeilijk aan te passen in de meeste gevallen. Op veel oudere schepen is het plafond in bijvoorbeeld de badkamer of hal lager, omdat de stuurhut erboven zit.’
Hij kan zich overigens redelijk vinden in de milieueisen. ‘Het milieu is belangrijk, maar er moet wel een fatsoenlijke overgangsregeling inzitten.’
Papieren halen
Matroos Gert-Jan komt uit een schippersfamilie. Zijn moeder is een schippersdochter en hijzelf voer als kind vaak met familieleden mee. Na het vmbo-gt economie ging hij naar het STC in Rotterdam. Hij volgt het BBL-traject stuurman/schipper. De opleiding bevalt hem op zich wel, want je moet wat, vindt hij. Het komt erop neer dat het schoolelement hem niet zo bevalt. Hij is liever bezig met de praktijk. ‘Je hebt niet veel keuzes als je hogerop wilt. Ik wil graag wat bereiken in de binnenvaart, daarom ga ik naar school. Het liefst werk ik gewoon en doe ik alleen examen. Ik wil in elk geval mijn schipperspapieren halen.’
Of hij schipper-eigenaar wil worden weet hij nog niet. ‘Ik denk dat ik liever zetschipper blijf als de tijd blijft zoals het nu is.’
Scheepsgegevens
Scheepsnaam: Diantho. Lengte: 75 meter. Breedte: 7,58 meter. Diepgang: 2,92 meter. Tonnage: 1063. Motor: Cummins OSK19, 660 pk (495 kW). Europanummer: 02315268. Bouwjaar: 1979. Thuishaven: Goes. Eigenaar: Scheepvaartbedrijf Diantho-Geluk.