-
Kroatische machinist voelt zich niet achtergesteld bij Nederlanders
-
‘Je moet van motoren houden, dan houden ze ook van jou’
Door Heere Heeresma jr.
De twee jaar jonge Eems Space van Rederij Kornet uit Werkendam ligt aan de coastersteiger aan de Minervahavenweg in Amsterdam, na een reis met rollen krantenpapier van Antwerpen naar Boston in het Verenigd Koninkrijk. De Russische kapitein wil niet in de krant, ‘want ik ben Al Pacino niet’, maar stelt ons voor aan zijn chief engineer.
Nikola Milinkovic (1954) woont in Rijeka aan de Kroatische kust. Hij is zeeman sinds zijn 21ste en deed ruime ervaring op in de kustvaart, om te beginnen bij de Joegoslavische staatsrederij Jugolinija. ‘Er werkten voornamelijk Kroaten’, vertelt Milinkovic in goed Engels. ‘Serviërs zaten meer in de binnenvaart. Het was een groot bedrijf met mooie schepen, maar na de onafhankelijkheid van Kroatië zijn ze verkocht en zaten we zonder werk.’
Tijdens de Joegoslavische burgeroorlog werkte hij vier maanden zwart in een Duitse elektriciteitscentrale. Later vond hij werk bij de Noorse rederij Wilson en hoewel Rijeka niet in oorlogsgebied lag, maakte hij zich grote zorgen om zijn gezin. Na een reorganisatie bij Wilson, monsterde hij in 1994 aan bij de in Monaco gevestigde Italiaanse rederij Seaway S.A.M. Zijn ervaringen waren dermate slecht dat hij na een paar maanden overstapte naar een andere Italiaanse rederij, Maritima Emiliana uit Padua, waar het van eenzelfde laken een pak was. ‘Ze speelden een smerig spelletje’, vertelt Milinkovic. ‘Ze waren altijd te laat met betalen, het kon ze niet schelen hoe je overleefde. Ze logen altijd dat het geld was overgemaakt en hielden dat maandenlang vol. Het verloop onder de bemanning was heel groot.’
Flexibel
Na de burgeroorlog werkte Milinkovic in de Rhônevaart (‘een fijne tijd’) en als onderhoudsmonteur bij verschillende rederijen. In 2008 hoorde hij van bevriende zeelui positieve berichten over Nederlandse rederijen, in het bijzonder over Rederij Kornet, waar een van zijn Kroatische vrienden als kapitein werkt. ‘Ik belde ze en nadat ik een paar examens aan de zeevaartschool in Rotterdam had gedaan werd ik aangenomen’, zegt Milinkovic. ‘Nederlandse rederijen gaan goed om met hun bemanningen. We voelen ons veilig op hun schepen.’
Milinkovic heeft geen jaarcontract, maar krijgt steeds een contract voor drie maanden varen en anderhalve maand vrij. ‘Het bedrijf is heel flexibel. Als ik eens langer thuis moet zijn, dan kan dat. Ook kan ik zo nodig vroeger naar huis, er valt altijd iets te regelen. Daardoor hoef ik mij geen zorgen over het thuisfront te maken en kan ik mij beter op mijn werk concentreren.’
Vindt hij het niet vervelend dat hij elke drie maanden een nieuw contract moet sluiten?
‘Nee, het maakt niet uit. Als je het goed doet hoef je je geen zorgen te maken. En als je het niet goed doet vlieg je er toch uit, contract of niet.’
Voelt hij zich, als burger van een niet-EU-land, niet achtergesteld bij Nederlanders, bijvoorbeeld qua salaris?
‘Ik heb aan veel Nederlanders gevraagd hoeveel zij met een gezin met twee schoolgaande kinderen aan vaste lasten en belastingen kwijt zijn. En als ik dat vergelijk met wat ik in Kroatië kwijt ben, dan hou ik misschien nog een beetje over ook. Dus ik kan niet zeggen dat ik onderbetaald ben. Iemand in mijn situatie heeft in Kroatië 2000 euro nodig om rond te komen. Mijn vrouw verdient 1000 euro als historica bij het Nationaal Museum in Rijeka en ik verdien 5000 euro.
‘Wij zijn goed af. Ik hoef eigenlijk niet meer te werken, maar ik wilde niet op het land zitten. Ik ga hier hooguit nog een jaar mee door. We hebben een mooi huis voor onszelf gebouwd op een eilandje bij Rijeka en helpen onze kinderen hun huis te bouwen. Ik ga nog twee verdiepingen op ons huis zetten om te verhuren aan toeristen. Dat is een investering voor de toekomst en dat is ook nodig, want de pensioenen in Kroatië zijn catastrofaal.’
ABC
In de machinekamer van de Eems Space staat een zescilinder ABC van 1300 pk. ‘Het is een ouderwetse machine en dat is maar goed ook’, zegt Milinkovic. ‘Veel mensen denken dat je nieuwe technologie aan boord moet hebben, maar dat is een vergissing. Elektronische onderdelen zijn nog niet veilig genoeg voor schepen. Een nieuw schip kan midden op de oceaan uitvallen door een elektronisch onderdeel dat misschien maar één cent kost. Dat geldt in het bijzonder voor generatoren. Sommige motoren kun je aan de praat houden als de elektronica uitvalt, maar een heleboel niet. En dan sta je machteloos. Daarom heb ik mij door een onderhoudsmonteur in Rijeka laten uitleggen hoe ik bij een storing de elektronica kan overbruggen.’
Houdt hij van zijn motor?
‘Ja, je moet van je motor houden. Dan houden ze ook van jou. Ik klink misschien bijgelovig, maar motoren hebben een hart.’