-
VCU grootste standhouder op Holland Fisheries Event
Door Michiel Satink
Een duizenden kilo’s zware lier met een doorsnede van enkele meters zweeft hoog in de fabriekshal van VCU op Urk. Verderop lassen werknemers onderdelen in elkaar voor een kotter die overstapt op de pulsvisserij. Een heftruck rijdt met een zware last voorbij. Het is een drukte van belang op de werkvloer aan het Keteldiep.
Van een economische crisis is hier weinig te merken, bevestigt manager Lourens de Boer. ‘Dit is een van de drukste jaren die we ooit hebben gehad, al is het wel allemaal korte-termijnwerk. En dat op al onze afdelingen. Eurokotters met boomkornetten moeten worden omgebouwd voor de kreeftvisserij, reparaties, noem het maar.’
De lier bijvoorbeeld is een product waarvoor men in Europa, niet alleen in de visserijwereld, Urk weet te vinden. ‘In de sector zijn we bekend om het touw met staaldraad erin dat is bedoeld voor flyshooting. Het touw schiet je met hoge snelheid het water in over enkele kilometers, met twee lieren. Op de bodem ontstaat een cirkel die je kleiner maakt door de lieren in te halen. Vissen durven daar niet overheen te zwemmen. Die kun je vervolgens met netten boven halen. Daar hebben wij de beste lieren voor.’
Gasolieverkoop
Vissers in Denemarken, Duitsland, Nederland, België en Noord-Frankrijk weten VCU te vinden. De coöperatie begon in 1922, toen Urker vissers een inkooporganisatie stichtten om zo goedkoper aan gasolie te komen. Nog altijd zorgt de gasolieverkoop voor het grootste deel van de omzet van de onderneming. Van de jaaromzet van circa 45 miljoen euro komt 30 miljoen uit de verkoop van gasolie. De rest komt hoofdzakelijk van VCU Maritime, waar onder meer het staaldraad vandaan komt dat op de lieren wordt gewikkeld, en de machinefabriek VCU TCD.
De Urker vissers vormden decennia lang vrijwel de enige werkgever van VCU. De laatste 20 jaar is er veel veranderd. Mammoet, Wagenborg en baggeraars Boskalis en Van Oord behoren nu tot VCU’s grootste klanten. ‘In het hele bedrijf werken we voor circa 50% voor de visserij- en de ander helft voor de maritieme wereld. De machinefabriek draait echter voor 70% op opdrachten die van buiten de visserij-leden komen.’
Zaterdag klussen
De nieuwe klanten kwamen juist via ex-vissers, verklaart De Boer. Oud-vissers die voor baggeraars gingen werken, besloten hun spullen als vanouds bij VCU te bestellen. ‘Ze wisten wat we hadden en dát we het hadden.’
Machinefabriek TCD ontstond uit de vraag naar service op zaterdag. ‘Ze vissen van maandag tot en met vrijdag. Dan is er zaterdag tijd om aan de boot te sleutelen. Eén servicemonteur werden er twee. Er kwam een busje bij.’
Het leidde allemaal tot de volwaardige machinefabriek waar nu zelfs casco’s worden om en afgebouwd. ‘Zo ligt nu nog de nieuwe duwboot Warber in de Urker haven. Die hebben we helemaal afgebouwd. Het schip bevat twee Caterpillar-motoren, goed voor elk 1000 pk.’
Winst
De Visserij Coöperatie Urk mag dan voortaan onder haar afkorting door het leven gaan, een coöperatie is het gebleven. Alle winst vloeit terug naar de meer dan 100 leden. ‘De bestuursleden komen uit de visserij. Er zijn enkele leden van de coöperatie die geen vissersbedrijf zijn, zoals Mammoet Maritime, maar dat is in het verleden zo gegroeid. Niet-visserijbedrijven kunnen geen lid meer worden.’
Een opvallende keuze in een tijd waarin de Nederlandse vissersvloot al jaren krimpt. Enkele jaren terug nog richtte de VCU de Binnenvaart Groep Nederland (BGN) op. ‘Er kwamen steeds meer mensen met een binnenvaartschip of sleepboot bij. Er zaten ook veel Urker vissers tussen die waren overgestapt. Voor hen hebben we de BGN opgericht. Ze bestellen bij ons, krijgen kortingen, maar zijn geen mede-eigenaar van het bedrijf.’
Laat de VCU ze allemaal toe, dan komen de vissers in de verdrukking. En dat zijn juist de leden waarvoor de coöperatie is opgericht. Op de Holland Fisheries Event kan niemand om VCU heen. ‘Alles hier ademt visserij. Dat is zo en dat blijft zo.’