In loondienst zodra schip is verkocht

Rutger Hellingh (24) en Esther Nieuweboer (23) varen met hun dochtertje Jill op het beunschip Esther. Rutger is een schipperszoon, maar hij groeide net als Esther op aan de wal. Dat willen ze voor hun dochtertje ook en zodoende hebben ze besloten dat Rutger in loondienst verder gaat als hun schip wordt verkocht.

-

In loondienst zodra het schip is verkocht
  • ‘Varende deel leuker dan ondernemende deel van dit beroep’
  • ‘Het is ons kind, dus we voeden het zelf op’

Door

Henriette Driesen-Joanknecht

Als je zelf aan de wal bent opgegroeid kijk je soms anders tegen het internaatsleven aan. Rutger en Esther zijn er vrij stellig in. ‘Het is ons kind, dus voeden we het zelf op. Het staat vast dat Jill niet naar het internaat gaat.’

Ze hebben hun schip twee jaar geleden te koop gezet. Dat had destijds als grootste reden dat Rutger vindt dat alles wat je kunt verkopen moet verkopen. Daarna kwamen de crisis en hun dochter, die hun kijk op de toekomst veranderden. ‘Ik denk dat je in crisistijd pas ervaart of de manier van beroepsuitoefening de juiste is. Ik kwam er toen achter dat ik het varende deel leuker vindt dan het ondernemende deel. Varen kan ik in loondienst ook. Ik verwacht dat ik vrije tijd ga varen op een tanker als dit schip is verkocht.’

Ze willen een huis in de omgeving van Zaandam kopen zodra het schip is verkocht, vertelt Esther. ‘Het is niet zeker of wij gelijk een huis kunnen kopen of eerst wat huren. We zijn niet van die waaghalzen, dus een erg hoge hypotheek zullen we niet nemen.’

Esther stopte destijds met haar MBO facilitaire dienstverlening, om te gaan varen. Van die beslissing heeft ze geen spijt. ‘Ik heb er geen dag spijt van gehad dat ik ben gaan varen. Ik vind het ook nog steeds leuk, maar met het oog op onze dochter is het beter naar de wal te gaan als dat mogelijk is.’

Jongste ondernemer

Rutger stond jaren geleden ook al eens in de Schuttevaer. Hij was toen een van de jongste binnenvaartondernemers. Hij begon zonder geld en kocht een schip voor de oud-ijzerprijs van een zandhandelaar en kreeg er een contract voor vijf jaar bij. De manier waarop hij is gestart heeft goed uitgepakt. ‘We hebben er twee jaar op gevaren. Het schip heet nu Spaarnmuiden. Toen zij werd nieuwgebouwd heette ze Johanna Margaretha. Ik noemde haar Esther’, vertelt hij.

Daarna kochten ze de huidige Esther, ofwel de oude Italia van Van Ommeren. Rutger en Esther zijn op zoek naar informatie en boeken uit de tijd dat hun beunschip nog een Van Ommeren-tanker was. ‘Van Ommeren was vroeger immens en we zouden graag informatie over ons schip uit die tijd krijgen. Er kwam al eens een oude man langs die op dit schip had gevaren in de Van Ommeren tijd.’

Nachtvaart

De vader van Rutger bezat vroeger de sleepboot Ferna. Nadat hij die had verkocht werkte hij bij rederij De Jong en Connexxion. Rutger ging varen omdat hij dat van huis uit meekreeg. ‘Het liep bij mij zo. Ik ben gewoon gaan varen omdat ik het leuk vond. Het was niet zo dat ik dacht, zal ik automonteur worden of schipper en toen weloverwogen voor schipper koos.’

Het meest zorgwekkende aan zijn huidige bedrijfsvoering en vaargebied vindt hij dat de dag- en nachtvaart ook voor zijn scheepstype oprukt. ‘Het is voor de manier waarop wij varen een probleem. Het wordt deels verwacht dat je ‘s nachts doorvaart, maar het is de keuze van de ondernemer om er aan mee te doen. Van mij hoeft dat dag en nacht-gevaar met een gezinsbedrijf niet.’

De toekomst van de binnenvaart zien ze beiden met gemengde gevoelens tegemoet, want het kan niet zo doorgaan. ‘Zolang iedereen door blijft gaan met onder elkaars prijzen te bieden verandert het nooit in positieve zin. Het probleem is ook dat iedereen het weet, maar dat dat gedrag moeilijk is te veranderen.’

Maar een 1000-tonner is een mooie maat. ‘Ik denk dat je met onze maat het beste zit. Wij varen veel op vaarwateren waar grote schepen niet kunnen komen en er gaan meer schepen uit in onze tonnenmaat dan erbij komen. Met onze maat heb je nog uitwijkmogelijkheden. In Friesland zijn bijvoorbeeld de zijtakken van het Prinses Margrietkanaal niet toegankelijk voor 110-meters.’

Scheepsgegevens

Scheepsnaam: Esther. Lengte: 70 meter. Breedte: 8,50 meter. Diepgang: 3,17 meter. Tonnage: 1040. Europanummer: 02305379. Motor: Deutz MWM-B604, 816 pk. Bouwjaar: 1933. Eigenaar: Hellingh Shipservice. Thuishaven: Zaandam.

In loondienst zodra schip is verkocht | Schuttevaer.nl

In loondienst zodra schip is verkocht

Rutger Hellingh (24) en Esther Nieuweboer (23) varen met hun dochtertje Jill op het beunschip Esther. Rutger is een schipperszoon, maar hij groeide net als Esther op aan de wal. Dat willen ze voor hun dochtertje ook en zodoende hebben ze besloten dat Rutger in loondienst verder gaat als hun schip wordt verkocht.

-

In loondienst zodra het schip is verkocht
  • ‘Varende deel leuker dan ondernemende deel van dit beroep’
  • ‘Het is ons kind, dus we voeden het zelf op’

Door

Henriette Driesen-Joanknecht

Als je zelf aan de wal bent opgegroeid kijk je soms anders tegen het internaatsleven aan. Rutger en Esther zijn er vrij stellig in. ‘Het is ons kind, dus voeden we het zelf op. Het staat vast dat Jill niet naar het internaat gaat.’

Ze hebben hun schip twee jaar geleden te koop gezet. Dat had destijds als grootste reden dat Rutger vindt dat alles wat je kunt verkopen moet verkopen. Daarna kwamen de crisis en hun dochter, die hun kijk op de toekomst veranderden. ‘Ik denk dat je in crisistijd pas ervaart of de manier van beroepsuitoefening de juiste is. Ik kwam er toen achter dat ik het varende deel leuker vindt dan het ondernemende deel. Varen kan ik in loondienst ook. Ik verwacht dat ik vrije tijd ga varen op een tanker als dit schip is verkocht.’

Ze willen een huis in de omgeving van Zaandam kopen zodra het schip is verkocht, vertelt Esther. ‘Het is niet zeker of wij gelijk een huis kunnen kopen of eerst wat huren. We zijn niet van die waaghalzen, dus een erg hoge hypotheek zullen we niet nemen.’

Esther stopte destijds met haar MBO facilitaire dienstverlening, om te gaan varen. Van die beslissing heeft ze geen spijt. ‘Ik heb er geen dag spijt van gehad dat ik ben gaan varen. Ik vind het ook nog steeds leuk, maar met het oog op onze dochter is het beter naar de wal te gaan als dat mogelijk is.’

Jongste ondernemer

Rutger stond jaren geleden ook al eens in de Schuttevaer. Hij was toen een van de jongste binnenvaartondernemers. Hij begon zonder geld en kocht een schip voor de oud-ijzerprijs van een zandhandelaar en kreeg er een contract voor vijf jaar bij. De manier waarop hij is gestart heeft goed uitgepakt. ‘We hebben er twee jaar op gevaren. Het schip heet nu Spaarnmuiden. Toen zij werd nieuwgebouwd heette ze Johanna Margaretha. Ik noemde haar Esther’, vertelt hij.

Daarna kochten ze de huidige Esther, ofwel de oude Italia van Van Ommeren. Rutger en Esther zijn op zoek naar informatie en boeken uit de tijd dat hun beunschip nog een Van Ommeren-tanker was. ‘Van Ommeren was vroeger immens en we zouden graag informatie over ons schip uit die tijd krijgen. Er kwam al eens een oude man langs die op dit schip had gevaren in de Van Ommeren tijd.’

Nachtvaart

De vader van Rutger bezat vroeger de sleepboot Ferna. Nadat hij die had verkocht werkte hij bij rederij De Jong en Connexxion. Rutger ging varen omdat hij dat van huis uit meekreeg. ‘Het liep bij mij zo. Ik ben gewoon gaan varen omdat ik het leuk vond. Het was niet zo dat ik dacht, zal ik automonteur worden of schipper en toen weloverwogen voor schipper koos.’

Het meest zorgwekkende aan zijn huidige bedrijfsvoering en vaargebied vindt hij dat de dag- en nachtvaart ook voor zijn scheepstype oprukt. ‘Het is voor de manier waarop wij varen een probleem. Het wordt deels verwacht dat je ‘s nachts doorvaart, maar het is de keuze van de ondernemer om er aan mee te doen. Van mij hoeft dat dag en nacht-gevaar met een gezinsbedrijf niet.’

De toekomst van de binnenvaart zien ze beiden met gemengde gevoelens tegemoet, want het kan niet zo doorgaan. ‘Zolang iedereen door blijft gaan met onder elkaars prijzen te bieden verandert het nooit in positieve zin. Het probleem is ook dat iedereen het weet, maar dat dat gedrag moeilijk is te veranderen.’

Maar een 1000-tonner is een mooie maat. ‘Ik denk dat je met onze maat het beste zit. Wij varen veel op vaarwateren waar grote schepen niet kunnen komen en er gaan meer schepen uit in onze tonnenmaat dan erbij komen. Met onze maat heb je nog uitwijkmogelijkheden. In Friesland zijn bijvoorbeeld de zijtakken van het Prinses Margrietkanaal niet toegankelijk voor 110-meters.’

Scheepsgegevens

Scheepsnaam: Esther. Lengte: 70 meter. Breedte: 8,50 meter. Diepgang: 3,17 meter. Tonnage: 1040. Europanummer: 02305379. Motor: Deutz MWM-B604, 816 pk. Bouwjaar: 1933. Eigenaar: Hellingh Shipservice. Thuishaven: Zaandam.