Door
Henriette Driesen-Joanknecht
‘Hij is vergroeid met het schip, zeg ik altijd maar. Hij is er als matroos op begonnen en toen zeiden ze al tegen hem: "Dit schip wordt later van jou"’, vertelt Brigitte.
‘Ze betekent wat voor mij. Ik ben erop begonnen. Ik heb van het begin af aan iets met het schip gehad’, legt Jack uit.
Hij hoopt dat het lukt haar te verkopen, maar hij heeft er een hard hoofd in. ‘Het is momenteel moeilijk, dat geldt voor iedereen. Je krijgt niet zo snel geld van een bank en een bank lijkt er eerder in geïnteresseerd een nieuw schip te financieren. Dat helpt niet mee. Ik denk dat het erop uitdraait dat zij naar de sloop gaat. Ik ben er ook bang voor dat ik haar naar de sloop moet brengen. Als ik dat moet, dan zal dat echt met pijn in mijn hart zijn’, vertelt hij.
Brigitte ziet nog wel iets wat kan helpen bij de verkoop, want hun schip laadt evenveel als een modern schip, maar ze is een stuk goedkoper. ‘Ik ben er niet zo somber over. Dit schip is en blijft een broodbak. Het zijn goedkope tonnen. Je kunt er goed mee verdienen’, constateert ze nuchter.
‘Teveel aan het schip gehecht om het te laten slopen’
Ze kunnen natuurlijk het schip met personeel exploiteren, maar dat heeft niet hun voorkeur. ‘Het is moeilijk iemand te vinden die bij je past. Dat zal ook best aan ons liggen. We hebben 16 jaar met de zoon van Jack gevaren en daarmee konden we lezen en schrijven. We doen het gewoon liever met z’n tweeën’, vertellen ze.
Hun zoon was tot eind 2008 mede-eigenaar van het bedrijf en werkt nu bij het Zeehavenbedrijf Dordrecht. ‘Hij is naar Australië gegaan nadat wij hem hebben uitgekocht en heeft daarna op een duwboot gewerkt. Hij werkt nu als schipper op de pontons bij het ZHB.’
Hun volgende schip zal ongeveer 55 tot 60 meter worden. En beslist geen nieuw schip, want het echtpaar vindt charme en liefde voor het materiaal ook belangrijk. ‘Dit soort schepen heeft wat. Het is pure nostalgie, er zit een patrijspoortje hier en daar. Nieuwbouw is niks voor ons. We denken aan een jonger schip, maar het hoeft niet. We zijn bezig geweest met een schip van 1925, de Lady-Anne. Dat ging niet door vanwege de crisis, maar ze was echt lief om te zien’, vertelt Brigitte.
Ze zijn niet van plan om dag en nacht te varen op hun volgende schip. Jack heeft dat vroeger gedaan en het heeft hem weinig gebracht. ‘Ik ben er niet rijker van geworden. Ik ben nu 53 en dat houd ik niet meer vol.’
‘Moeilijk personeel te vinden dat bij je past’
De Monza heeft historische waarde. De sluismeester van Weurt vertelde dat ze het eerste grote gemotoriseerde schip op de Rijn was.
Van de oude eigenaren, die het schip zelf hebben laten bouwen als St. Joseph, kregen ze een dvd vol met beeldmateriaal. Jack en Brigitte zijn geïnteresseerd in de geschiedenis van hun schip en plaatsten eens een oproep voor foto’s op het Kustvaartforum. ‘We krijgen veel foto’s en ook krantenknipsels van anderen. We kregen via het Kustvaartforum een foto in bezit van iemand van wie de moeder als werkster op dit schip heeft gewerkt. Niet te geloven dat er een werkster was op dit schip. Meer foto’s en krantenknipsels zijn trouwens welkom.’
Scheepsgegevens
Scheepsnaam: Monza. Lengte: 95 meter. Breedte: 11,34 meter. Diepgang: 3,21 meter. Tonnage: 2381. Europanummer: 02100373. Motor: 2 x 840 pk BAM Deutz. Thuishaven: Lekkerkerk. Bouwjaar: 1927. Eigenaar: VOF Hermus-Boogaerdt.