Door
Tessa Heerschop
Den Ouden is leeg onderweg van Spijk aan de Linge naar Lage Weide in Utrecht. Hij kocht het schip uit 1926 tien jaar geleden. Hij was op vakantie met zijn varende woonschip en kwam in de sluis langszij. ‘Ik hoorde van de schipper dat ze te koop stond, dus ik heb meteen een bod gedaan. Een week later was het schip van mij. Mijn vrouw was daar niet zo blij mee.’
-
Verdriet dreef schipper Leo den Ouden naar het water
Hij voer al eerder als schipper, maar toen hij 15 jaar geleden zijn vrouw ontmoette, beloofde hij haar aan de wal te blijven. Maar na de dood van hun zoontje Jordi, hield hij dat niet meer vol en ging weer varen. ‘Mijn vrouw vindt het niet leuk als ik soms ‘s avonds niet thuiskom. Ik wil wel thuis zijn, want ik ben gek op haar, maar het kan gewoon niet. Ik ben eigenlijk altijd aan het werk.’
Leo kijkt vertederd naar de fotolijstjes in de stuurhut, een foto van zijn dochter van bijna 12 jaar oud, ernaast een lijstje met haar tweelingbroertje Jordi als baby’tje. Hij heeft niet lang geleefd. ‘Ik kon niet omgaan met het verdriet. Ook al had ik mijn vrouw beloofd niet meer te varen, ik moest het water op om zijn dood een plekje te geven.’
Bevrachter
Met zijn bevrachter heeft Leo uitstekend contact en zijn personeel heeft hij hoog in het vaandel. ‘Ik heb nog twee schepen voor mij varen en gelukkig heb ik erg goed personeel, anders red je het gewoon niet. Om de werksfeer te belonen, gaan we na de Kerst samen naar Disneyland Parijs. Ook voor hen is het een zwaar jaar geweest, dus is dit een leuk uitje.’
Den Ouden vaart 10 jaar voor van Oord Transport. ‘We weten van elkaar wat we willen en kunnen elkaar ook de waarheid zeggen. Als mijn bevrachter wil dat ik morgenochtend om 4 uur vaar, dan doe ik dat. Hij moet van me op aan kunnen.’
Bevrachter zijn de lage vrachtprijzen niet aan te rekenen, vindt Den Ouden. Het zijn de schippers die de fout ingaan. ‘Sommigen varen echt onder de kostprijs en verzieken de markt.’ Hij zou het wel een goed idee vinden als bevrachters samen een minimum aanbiedingsprijs zouden afspreken.’
Naar huis
Den Ouden probeert aan het einde van elke dag naar huis te rijden in Deventer. Zijn dochter Elise is gek op zijn schip dat naar haar is vernoem; JO-EL komt van Jordi en Elise. Ze vaart in het weekend vaak mee, maar liever ziet Leo haar niet in de schipperswereld. ‘Varen is een prachtig beroep, maar je verdient er niets mee.’
Toch is hij zelf niet van plan te stoppen. ‘Op het water zie je elke dag iets nieuws. Ieder seizoen is anders. Bij de IJssel zie je roofvogels zoals valken en buizerds, die zie je niet op de snelweg. Bovendien wil ik niet met collega’s werken, dat is alleen maar haat en nijd. Ik hoorde van een vriend dat Jo-El ook "Ik doe wat ik zelf wil" betekent en dat is precies wat ik doe, anders houd ik het niet vol.