De Alm begon met de EN 590 gasolie en rolde van het een in het ander, vertelt Pieter. ‘Mijn motor had telkens last van vuile verstuivers. De fabrikant zei dat ik de verkeerde brandstof gebruikte, maar de juiste brandstof was niet te krijgen. Toen kwam ik via de milieucommissie van de CBOB, waar ik inzit, in aanraking met dit initiatief. De problemen met de verstuivers zijn een stuk verminderd.’
Na de EN 590 kwamen de NOx-katalysator en het roetfilter. Het klinkt futuristisch, maar Adri heeft tegenwoordig een droogmolen op het roefdek staan, terwijl de uitlaten nog gewoon op zijn plaats zitten en gebruikt worden. Het roetfilter is in principe zelfreinigend. Het enige wat in het filter achterblijft is het fijnstof. De eigenaren van de Alm gaan er vooralsnog vanuit dat het filter met de fijnstof een keer in de twee jaar moet worden schoongemaakt.
Als slot kwam de ‘low saps’ smeerolie. De Alm werd daarvoor gevraagd door Total. Het verschil ten opzichte van gewone smeerolie is dat er minder vaste stoffen inzitten en dat de olie dunner is. Hierdoor verbruikt de motor minder gasolie. Hoeveel het scheelt kan Pieter nog niet zeggen, want de olie zit er net in en de definitieve testdata zijn nog niet bekend.
Gemor
Vanuit de sector klinkt er gemor op de EN 590 gasolie, want de olie is duurder dan de conventionele gasolie. Volgens Pieter is het belangrijk dat de binnenvaartondernemers naar het eindplaatje van de kosten kijken. ‘De EN 590 is weliswaar duurder, maar het verbruik is ook lager. Dat compenseert de hogere aanschafprijs. Het argument dat het duurder is, is dus niet valide’, stelt hij.
Pieter begon ook met de proef omdat hij constateert dat de binnenvaart op het gebied van de zwaveluitstoot achterloopt bij de vrachtwagens. ‘Het wegtransport gebruikt schonere motoren en brandstof dan de binnenvaart. Dat is zorgwekkend, omdat een van de sterke punten van de binnenvaart milieuvriendelijkheid is.’
In Nederland is de brandstof intussen op diverse plaatsen te verkrijgen. In Duitsland ligt dat moeilijker. Met de tijd is dat probleem opgelost, vertelt Pieter. ‘Fiwado levert in Duitsland met een tankwagen EN 590. Het enige probleem daarmee is, dat het in Noordrijn-Westfalen volgens de wet niet is toegestaan om vanuit een tankwagen te bunkeren. Ik weet niet waarom dat is, maar het is zo. In 2011 wordt de EN 590 brandstof overal verplicht. Wij willen als binnenvaartorganisaties eigenlijk dat het in 2010 al overal wordt geleverd. Het geleidelijk overschakelen is voor de bunkerbedrijven namelijk niet eenvoudig.’
Halal-eten
Adri zit ook niet stil en is bestuurslid bij het Nationaal Kamp voor schipperskinderen. Het kost haar zeven weekenden per jaar, de kampweek en tijd tussendoor om alles te regelen. Kamp Hattem is ooit opgezet om de arme schippersjeugd een weekje in het bos te gunnen. Sinds het aantal deelnemende schipperskinderen slinkt is het kamp opengesteld voor walscholen. Daartussen zitten ook scholen uit achterstandswijken met kinderen die nog nooit een bos hebben gezien. Het beantwoordt aan de oorspronkelijke vorm van Kamp Hattem. Een modern probleem is de omgang met meerdere culturen. Kamp Hattem meent daarin een middenweg te hebben gevonden. ‘Wij kregen steeds vaker de vraag voor halal-eten en andere speciale menu’s. In de praktijk blijkt dat voor de keuken op het kamp niet te behappen. Het gaat om meer dan 300 kinderen en het is allemaal vrijwilligerswerk. De lijn van het kamp is, dat de groep die niet aan het gewone menu kan deelnemen vegetarisch eet’, zegt ze.
Geloofskloof
Pieter kende Kamp Hattem niet, want hij bezocht een reformatorisch internaat. Zijn vrouw werd door haar moeder, die kampwacht was, met het Kamp-Hattemvirus besmet. Het stoort Pieter soms dat er tussen de reformatorische- en anders christelijke schippers een grote kloof ligt. ‘In mijn ogen is er teveel oog voor de verschillen, terwijl we veel gezamenlijke belangen hebben.’
Hij constateert dat varen voor hem nog steeds het belangrijkste is, ondanks alle betrokkenheid bij het vergroten van de milieuvriendelijkheid van de sector. ‘Mijn eerste taak is nog altijd het bedrijf runnen en boterhammen voor mijn gezin en kinderen te verdienen. Ik vind het belangrijk om de sector te vertegenwoordigen, maar mijn brood verdienen is nog steeds nummer een.’ (HDJ)
Scheepsgegevens
Scheepsnaam: Alm. Lengte: 85,86 meter. Breedte: 9,50 meter. Diepgang: 2,73 meter. Tonnage: 1525. Europanummer: 02308670. Motor: 2x Volvo 520 pk/375 kW. Bouwjaar: achterschip 1925, voorschip 1950. Thuishaven: Dordrecht. Eigenaar: VOF Alm.