Voordat Kok in de levensmiddelentankvaart terechtkwam was hij werkzaam in de gewone tankvaart. De overstap leverde geen problemen op, want hij was een tanker gewend. Het voordeel van deze producten is dat ze veiliger zijn en het schip mag overal liggen, constateert hij.
Hij is een schipperszoon en stapte op zestienjarige leeftijd als matroos bij zijn vader aan boord. Na vier jaar op het ouderlijke schip voer hij twee jaar op een zelflosser en daarna een jaar op een tanker. Hij vertrok naar de baggerij, omdat zijn vrouw er niet tegen kon alleen thuis te zitten. Na acht jaar begon het varen weer te kriebelen en hij begon op de olieboot in Maasbracht. Na zes jaar olieboot nam hij een baan aan op een systeemvarende tanker en bleek dat zijn gezin er geen probleem meer mee had als hij gedurende de werkweken van huis was.
Gelukkig
De Deni is dubbelwandig en drie jaar geleden omgebouwd van vrachtschip naar tanker. Ze heette vroeger Voyager. Hij kocht haar via de vader van een vriend, met wie hij op het internaat zat. ‘Die vader zit bij een makelaarskantoor in Maasbracht. Via hem ben ik aan dit schip gekomen. Bij het schip zat een vast contract bij Maaskade, waardoor de financiering rond was te krijgen.’
Kok gaat naar huis als het uitkomt met het werk, daarom reizen zijn vrouw en kinderen in het weekend en in de vakanties naar boord. Dat bevalt goed. Op die manier kan zijn gezin het sociale leven en het werk aan de wal combineren met zijn onderneming. ‘Mijn vrouw werkt op maandag in de Plusmarkt in Maasbracht, ze geeft EHBO-les en is overblijfmoeder. Ondanks dat is ze nu bezig om haar binnenvaartpapieren te halen. Het is niet de bedoeling dat ze vast aan boord komt, maar voor de weekeinden en vakanties is het handig. Als zij niet aan boord is vaart mijn vader mee en ik heb twee matrozen in dienst die vrije tijd varen.
‘Het is erg belangrijk dat het gezin achter je beslissing staat om een onderneming te beginnen, heb ik geleerd. Gelukkig is dat bij mij zo. Ze zijn in het weekend graag aan boord.’
Butterwasinstallatie
De economische toekomst voor zijn schip ziet Kok zonnig in, want anders was hij er niet aan begonnen. In de bedrijfsvoering hoopt hij over enkele jaren wat te veranderen. ‘Als het goed blijft gaan, zou ik graag moderner gaan en eventueel systeemvaart gaan varen. Nu wil ik er eerst een paar jaar flink tegenaan.’
Een andere modernisering die hij in de komende jaren hoopt door te voeren is de plaatsing van een ketel om de lading te verwarmen en een butterwasinstallatie om de tanks te reinigen. ‘Daarmee verbetert de efficiëntie van mijn schip aanzienlijk. Als ik een ketel aan boord heb kan ik tijdens het varen de lading verwarmen. Nu krijg ik stoom van de wal en moet ik twaalf uur opwarmen.’
De Deni vaart regelmatig naar Noord-Frankrijk, Duinkerken, Gent, Rotterdam, Leer en Spijk. Een enkele keer vaart zij naar Hamburg. Volgens Kok is zijn schip bij uitstek geschikt voor de kanalen, want zij neemt 900 ton mee en dat doen grotere schepen ook. De vaarwegen hoeven daarom van hem niet verbreed te worden. ‘Dat is natuurlijk eigenbelang. Ik weet wel een verbetering in mijn vaargebied. In Frankrijk mag de weergave van de brugopening beter op het gebied van verlichting en borden. In België staan er voor de brugopening borden die aangeven hoe breed die is. In Frankrijk niet en dat is erg lastig als je met de stuurhut gezakt vaart.’ (HDJ)
Scheepsgegevens:
Scheepsnaam: Deni. Lengte: 80 meter. Breedte: 8,20 meter. Diepgang: 2,51 meter. Tonnage: 983. Europanummer: 02312365. Motor: MTU, 816 pk. Bouwjaar: 1960. Thuishaven: Maasbracht. Eigenaar: VOF Kok.