Nationale Sleepbootdagen
Vanuit de Schuttevaer-nieuwsbrief is voor de Nationale Sleepbootdagen per abuis gelinkt naar dit artikel. Klik hier voor de juiste link.
‘Het is een beetje een vreemd verhaal’, erkent Ronald. ‘Het examen is maar een paar keer per jaar. De oproep gaat naar mijn postadres, maar daar kom ik maar eens per maand, terwijl ik drie weken voor het examen betaald moet hebben. Daarmee ben ik regelmatig te laat, omdat ik mijn post niet vaak zie. Ik mis die data telkens, omdat ik te laat ben om een machtiging in te sturen. Dat kan niet via e-mail worden geregeld voor zover ik weet.’
De structuur van de opleiding zorgt ervoor dat Ronald het ADNR niet kan laten zitten en ervoor kiezen om alleen op schepen te varen die geen gevaarlijke stoffen vervoeren. ‘Probleem is dat ik dan mijn vaarbewijs niet krijg. Ik krijg het vaarbewijs op vertoning van mijn diploma en om mijn diploma te halen moet ik mijn ADNR hebben.’
In de toekomst ziet hij zichzelf als schipper varen, maar hij is er niet zeker van of hij ondernemer wil worden. De crisis en de CCR-regelgeving hebben hem aan het twijfelen gebracht. ‘Ik weet niet of de toekomst er rooskleurig uitziet voor de ondernemers. Ik maak me zorgen over de gevolgen van de crisis op de binnenvaart. Ook de normen van het CCR baren mij zorgen. Die eisen maken dat het schip veel duurder wordt. Ik denk dat het daardoor moeilijker wordt voor een starter. Ik vind de tijd nu te onzeker om een goede toekomstvoorspelling te doen.’
Schipperskind
Julia is een schipperskind, maar haar ouders varen niet meer. ‘Die zitten sinds twee jaar aan de wal, nadat hun schip is verkocht. Ze voeren op de Silvester. Het nieuwe schip komt niet meer. Ik vind het jammer dat ze niet meer varen.’
Ze volgt het grafisch lyceum in Rotterdam en doet dit jaar examen. Hoewel ze graag vaart, kiest ze ervoor om na haar examen de MBO-opleiding printmedia-technologie te doen. ‘Het is een vierjarige opleiding. Ik wil later graag gaan varen, maar zo heb ik een goede opleiding achter de hand voor het geval ik ooit een vriend heb die niet vaart. Ik weet ook niet of deze opleiding mijn laatste is, misschien leer ik daarna nog door.’
Julia verhuisde op tien-, elfjarige leeftijd van het internaat in Zwolle naar dat in Zwijndrecht. Het was achteraf gezien een ingrijpende verandering. Ze hield contact met haar voormalige internaatsgenootjes via MSN. ‘Ik heb ervan opgestoken dat buitenspeelruimte erg belangrijk is voor schipperskinderen. In Zwolle had je een groot terrein waarop je vrijuit kon spelen. Dat was heerlijk. In Zwijndrecht kon je alleen achter spelen als je klein was en voor het internaat alleen onder toezicht. Zwolle vond ik ook gezelliger, omdat daar meer leeftijdsgenoten zijn. In Zwijndrecht heeft bijna iedereen een huis en is de helft er niet, omdat de ouders vrije tijd varen. Misschien is dat in Zwolle tegenwoordig ook veranderd, maar Zwijndrecht liep voorop in die ontwikkeling.’
Leuke rivier
De Wiljette vaart overal heen, maar sinds de crisis regelmatig naar de Neckar, vertelt Ronald. Hij vindt de Neckar is een leuke rivier om op te varen. Meer vuilcontainers op de sluizen zou een verbetering kunnen zijn. ‘Alleen aan het begin van de Neckar staat een container op de sluis.’
De crisis in de vrachtprijzen houdt Ronald bezig. ‘Ik hoorde dat er veel conflicten zijn en zelfs dat ze elkaar aanvliegen vanwege de lage vrachtprijzen. Ik denk dat meer communicatie onder de schippers daarbij kan helpen. Nu wordt iedereen tegen elkaar uitgespeeld en zetten ze elkaar klem. Maar ik wil benadrukken dat ik de wijsheid niet in pacht heb.’ (HDJ)
Scheepsgegevens
Scheepsnaam: Wiljette.
Lengte: 105 meter.
Breedte: 10,50 meter.
Diepgang: 3,17 meter.
Tonnage: 2463.
Europanummer: 2322721.
Motor: Deutz 628, 1300 pk.
Bouwjaar: 1980.
Thuishaven: Dronten.
Eigenaar: VOF Wiljette.