Klimaatverandering kost periodiek lading

De verwachtte klimaatverandering leidt in de toekomst tot hogere onderhoudskosten aan de vaarwegen en lagere betrouwbaarheid van het vervoer per binnenvaartschip. Dat komt doordat extreem lage waterstanden in de zomer en hoge waterstanden in de winter rond 2050 veel regelmatiger voorkomen dan nu.

Klimaatverandering kost periodiek lading

Door Hans Heynen
Dat bleek op de 7 april door Rijkswaterstaat in Utrecht georganiseerde workshop ‘Klimaat en Binnenvaart’, waar diverse deskundigen ingingen op de gevolgen van klimaatverandering voor de binnenvaart. Daar werd ook gezocht naar oplossingen. Een veertigtal deskundigen van Rijkswaterstaat, TU Delft, de Vrije Universiteit, het Waterloopkundig Laboratorium, de Rotterdamse Haven en de sector zelf woonden de brainstormachtige bijeenkomst bij.

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Wilt u onbeperkt lezen? Word abonnee en krijg toegang tot unieke maritieme vakinformatie waarmee u altijd up-to-date bent.

Abonneer

Klimaatverandering kost periodiek lading | Schuttevaer.nl

Klimaatverandering kost periodiek lading

De verwachtte klimaatverandering leidt in de toekomst tot hogere onderhoudskosten aan de vaarwegen en lagere betrouwbaarheid van het vervoer per binnenvaartschip. Dat komt doordat extreem lage waterstanden in de zomer en hoge waterstanden in de winter rond 2050 veel regelmatiger voorkomen dan nu.

Klimaatverandering kost periodiek lading

Door

Hans Heynen

Dat bleek op de 7 april door Rijkswaterstaat in Utrecht georganiseerde workshop ‘Klimaat en Binnenvaart’, waar diverse deskundigen ingingen op de gevolgen van klimaatverandering voor de binnenvaart. Daar werd ook gezocht naar oplossingen. Een veertigtal deskundigen van Rijkswaterstaat, TU Delft, de Vrije Universiteit, het Waterloopkundig Laboratorium, de Rotterdamse Haven en de sector zelf woonden de brainstormachtige bijeenkomst bij.

  • Rijkswaterstaat kan hogere onderhoudskosten vaarwegen verwachten
  • ‘Kanaalpeil is een onderbelicht probleem’

Erik Mosselman van het Waterloopkundig Laboratorium in Delft (WL) bestudeert als riviermorfoloog de effecten van het stromende rivierwater op het profiel van de bodem, waar het zand, slib en grind van de ene naar de andere plek schuift. Door erosie en suppletie verandert zo het bodemprofiel van de rivier. ‘Dat is een continu proces, maar na een hoogwater zijn er altijd de meeste problemen’, zegt Mosselman. ‘Dan moeten er hele zandduinen worden weggebaggerd. Op andere plaatsen is de rivierbodem juist overmatig geërodeerd en zijn gaten ontstaan die moeten worden opgevuld. Door de extremere waterstanden zullen de kosten die we hiervoor moeten maken toenemen.’

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Wilt u onbeperkt lezen? Word abonnee en krijg toegang tot unieke maritieme vakinformatie waarmee u altijd up-to-date bent.

Abonneer