Brandstory

Royal Bodewes bouwt RoRo ferry voor vracht en klein aantal passagiers

De Hawaikinui gaat in april 2025 van Foxhol naar de andere kant van de wereld

Op de werf van Royal Bodewes in Foxhol wordt, nu nog hoog en droog en later in het water van het Winschoterdiep, nog ongeveer een half jaar gewerkt aan de Hawaikinui 2, een 87 meter lang en 15,80 meter breed RORO schip. De naam is afgeleid van Hawaiki Nui, een jaarlijkse driedaagse race met zespersoons kanoā€™s.

De Haiwakinui 2 op de werf van Royal Bodewes in Foxhol.
De Haiwakinui 2 op de werf van Royal Bodewes in Foxhol. Foto Royal Bodewes

Dit artikel wordt u aangeboden door Royal Bodewes

Eind januari wordt het schip te water gelaten en medio april vertrekt ze naar haar thuishaven Papeete in Frans PolynesiĆ«. Het is niet alleen de eerste, ook de langste reis die het schip ooit zal maken. In Frans PolynesiĆ« gaat het schip als vrachtdienst met een klein aantal passagiers varen tussen onder andere Bora Bora en Tahiti, eilanden die hemelsbreed zoā€™n 300 kilometer uit elkaar liggen. De round trip duurt drie dagen, het schip maakt er twee per week.

Aandrijving en stuwkracht

De Hawaikinui 2 wordt aangedreven door een MAN 9L21/31 hoofdmotor van 1935 kW bij 1000 toeren per minuut. Daarnaast beschikt het schip over drie hulpmotoren, twee van 552 kW en een van 280 kW die 1800 toeren per minuut draaien. Ze zijnĀ  van Baudouin en werden geleverd door De Ruyter Dieseltechniek. Daar komt ook de nood/havenset van 104 kW bij 1800 toeren vandaan.
De stuwkracht van het schip komt van een speciaal voor de Hawaikinui 2 ontworpen verstelbare schroef die 195 toeren per minuut draait. Verder is er een boegschroef van Veth die 500 kW levert.

Het schip vaart op gasolie en beschikt daarvoor over bunkertanks van circa 99 m3, servicetanks van ongeveer 33 m3 en een dagtank voor de nood-/havenset van 3 m3. Er is verder een geĆÆntegreerde dieseltank aan boord van bijna 200 m3 waarvan de inhoud is bestemd voor de diverse eilanden die door het schip worden bevoorraad. Verder is er 1025 m3 aan ruimte voor ballastwater, gekoppeld aan een Ballast Water Treatment System van Techcross uit Zuid-Korea.

Op het dek van het schip is plaats voor 60 TEU; in het laadruim is plaats voor 44 TEU. Het laadvermogen bedraagt circa 2000 ton. De containers komen aan boord via de laadklep achterop of worden geladen en gelost met de boordkraan met een vermogen van 30 ton op 26 meter en 45 ton op 16 meter. Om lading van het ruim naar het rijdek te verplaatsen is er een lift met een capaciteit van 10 ton. De laadklep en de lift werden door Bodewes gebouwd naar het ontwerp van het Spaanse SP Consultores.

Sleepproeven bij Marin

Voordat het eerste staal voor de Hawaikinui 2 werd gesneden heeft Royal Bodewes bij Marin in Wageningen sleepproeven laten uitvoeren met een schaalmodel op basis van het eigen ontwerp van Royal Bodewes. Naar aanleiding van de resultaten daarvan is het ontwerp van de romp nog licht aangepast.

De staalprijs is al jaren een onzekere factor in de scheepsbouw. Vandaar ook dat Royal Bodewes in haar offertes een zogenaamde staalclausule opneemt om eventuele grote prijsschommelingen in twee richtingen met de opdrachtgever te verrekenen.

Bodewes Brandstory Hawaikinui Marin geoptimaliseerd
Bij Marin in Wageningen liet Royal Bodewes sleepproeven uitvoeren; op basis van de resultaten werd de rompvorm licht aangepast.

‘CO2 belasting’

Bij Bodewes wordt met spanning uitgekeken naar de effecten wanneer in 2026 de door de EU ingestelde CBAM, de ā€˜CO2 belastingā€™ ingaat, die effect heeft op de staalprijs. De CBAM tax, Carbon Border Adjustment Mechanism, is een belasting die moet worden betaald door Europese bedrijven die bepaalde producten van buiten de EU importeren waarbij tijdens de productie daarvan CO2 wordt uitgestoten. Aangezien staal onder die producten valt zal invoering van de CBAM per 1 januari 2026 een prijsverhogend effect op de staalprijs hebben. De CBAM wordt gekoppeld aan het Emission Trading System van de EU waar een ton CO2 uitstoot op dit moment ā‚¬85 kost. Verwacht wordt dat die prijs tot 2030 zal stijgen naar 125 Ć  150 euro.

Aan het schip wordt behalve door Nederlanders ook gewerkt door vakmensen uit onder meer OekraĆÆne, Polen, Duitsland, Litouwen, RoemeniĆ« en India. Het gros komt uit Litouwen via SIDC, een partner van Royal Bodewes.