Brandstory

Binnenvaart kan snel vergroenen met slimme nabehandelingsinstallatie

Vergroenen van de binnenvaart kan simpeler, sneller en goedkoper dan nu gebeurt. Een schipper die zijn uitstoot wil verminderen hoeft niet te kiezen voor een dure, nieuwe motor. Een nabehandelingsinstallatie van Discom levert even goede resultaten en is een stuk eenvoudiger te realiseren.

Discom scheepsmotoren
Op de Safety Standby Vessel Glomar 4-Winds werd onlangs een Discom-emissiereductiesysteem geĂŻnstalleerd. Foto via Discom
Dit artikel wordt u aangeboden door Discom

Discom in Alblasserdam is een gevestigde naam die sinds 1978 actief is in aanvankelijk vooral geluidsreductie. Vanaf 2010 kwamen daar de systemen voor warmteterugwinning en emissiebeperking bij. Discom doet dat in de energiesector, de industrie en de maritieme wereld.

‘Wij proberen de wereld een beetje duurzamer, schoner en stiller te krijgen’, vat Discom-accountmanager Werner van Well de activiteiten van het bedrijf samen.
Voor bedrijven in de maritieme sector werkt Discom aan optimalisering van uitlaatsystemen. ‘Dat betekent dat we systemen ontwikkelen en produceren die geluid, trillingen en emissies binnen de normen houden.’

Geavanceerd

Strengere emissienormen, stijgende brandstofkosten en de roep om milieuvriendelijke oplossingen dwingen eigenaren van binnenvaartschepen om hun vloot aan te passen.

In de conventionele aanpak worden verouderde motoren veelal vervangen door nieuwe, schonere varianten. Maar deze oplossing is duur, complex en tijdrovend. Hier komt Discom in beeld.

Discom wil de binnenvaart vergroenen zonder dat dit ten koste gaat van de efficiĂŤntie of de portemonnee van de schipper. De sleutel hiervoor ligt volgens accountmanager Van Well bij de geavanceerde nabehandelingsinstallaties van het bedrijf.

Innovatieve oplossing en geen dure motorvervanging

Met de nabehandelingsinstallaties biedt Discom een innovatieve oplossing die de noodzaak van dure motorvervanging overbodig maakt, benadrukt Van Well. Deze installaties waarvan Discom er jaarlijks tientallen op schepen plaatst, zuiveren de uitlaatgassen van bestaande motoren.

Daardoor voldoen ze aan de nieuwste emissienormen, zonder dat de hele motor vervangen hoeft te worden. Het resultaat is een aanzienlijke vermindering van schadelijke uitstoot van CO2, NOx en fijnstof, met behoud van de bestaande motorinfrastructuur.

’Onze nabehandelingsinstallaties zijn speciaal ontworpen volgens de eisen van de binnenvaart. Ze worden ontworpen naar de beschikbare ruimte en zijn daardoor  eenvoudig te installeren en vereisen ze minimale aanpassingen aan het schip’, legt Van Well uit.

De unit van Discom bestaat uit drie componenten die aan het uitlaatsysteem worden toegevoegd: een OxyCat, een roetfilter en een SCR (Selective Catalytic Reduction) om uitlaatgassen te ontdoen van stikstofoxiden (NOx). Om ook de ammoniakuitstoot terug te dringen kan daar nog een zogeheten ammoniakslipcat worden bijgeplaatst. ‘En met onze ervaring op dempergebied kunnen we ook het geluid fors terugdringen’, verklaart Van Well.

Regels als hinderpaal

Wetgeving staat momenteel echter niet toe dat een motor die is voorzien van een nabehandelingsinstallatie een Stage V-certificaat krijgt.

’Ten onrechte’, stelt Van Well. ‘Want nieuwe Stage V-motoren zijn weinig anders dan bestaande motoren voorzien van een nabehandelingsunit. Wij kunnen de uitstoot net zo schoon krijgen als een schip met een nieuwe motor.’

Discom pleit voor herbeoordeling van de certificeringsregels. Zouden motoren met een nabehandelingsinstallatie namelijk wel voor certificering in aanmerking komen dan zou de vergroening van de binnenvaart stukken sneller kunnen gaan, betoogt Van Well: ‘Volgens de berekeningen van Discom kan de binnenvaartvloot in ongeveer vijf jaar tijd voor de helft tot twee derde binnen de uitstootnormen worden gebracht.’