Probleem daarbij was dat de bemanningen van de Nederlandse schepen de wal niet op mochten omdat ze uit Roemenië waren uitgeklaard. De regelmatige grenspatrouilles aan land en patrouilleboten op de Donau weerhield ze ervan toch aan land te gaan. Het betekende wel dat voedsel en drinkwater krap werden maar door elkaar te helpen redde men het totdat vrijdag de bevrijdende telefoontjes uit Moldavië kwamen.
Ophef overdreven
Een Nederlandse eigenaar van een van de schepen zegt niet te weten of de ambassades een rol hebben gespeeld in de ‘bevrijding’ van de schepen. Hij vindt alle ophef wat overdreven en claimt dat via een Roemeense agent nog wel boodschappen zijn bezorgd. Door het verstoren van de planning was de aflossing duurder uitgevallen. Maar die werden, aldus de zegsman die anoniem wil blijven, door de goede vrachtprijzen redelijk gecompenseerd.