Het ongeluk met het Zwitserse riviercruiseschip en de Maltese tanker gebeurde na middernacht. De schade aan beide schepen was aanzienlijk. Aan boord van het cruiseschip waren 137 veelal oudere passagiers en 43 bemanningsleden aanwezig. Bij de aanvaring lagen de meeste passagiers in de afgesloten hutten te slapen en raakten door de klap enkele van hen lichtgewond.
De chemicaliëntanker was beladen met onder meer benzeen, heptaan en methanol. De klap veroorzaakte een groot gat in de scheepswand van de tanker. Doordat de chemicaliën in dubbelwandige tanks zaten, is een lekkage van zeer giftige stoffen voorkomen, stelt de OVV vast.
De aanvaring gebeurde in de nacht van 1 april vorig jaar op de Westerschelde. De Onderzoeksraad concludeert dat de bemanningsleden van de Viking Idun wel bevoegd waren, maar onvoldoende bekwaam.
Volgens de OVV is de zelfredzaamheid van de passagiers aan boord van riviercruiseschepen vaak beperkt. Dat vraagt om meerdere aanbevelingen om de veiligheid in de riviercruisesector te vergroten. Daarnaast beveelt de OVV de minister van Infrastructuur en Waterstaat aan het toezicht op de riviercruisevaart te verbeteren.
De Viking Idun voldeed aan de wettelijke eisen. Ook had de bemanning de benodigde certificaten, maar de OVV constateert dat de wettelijk gestelde eisen onvoldoende zijn. ‘De bemanning van de Viking Idun had onvoldoende kennis over het complexe Westerschelde-vaargebied. Ook beheersten zij onvoldoende de Engelse taal, waardoor de communicatie via de marifoon niet goed werd verstaan of begrepen.
Daarnaast heeft de kapitein voor de reis over de Westerschelde er niet voor gekozen om bemanningsleden met de meeste kennis van het vaargebied in de stuurhut aanwezig te laten zijn. Ook werd er niet voor gekozen de hulp van een loods in te roepen’, stelt de Onderzoeksraad vast.
De drukke Westerschelde heeft smalle vaargeulen, ondieptes, een sterke stroom en kent een getij. Het is een vaarwater met risico. ‘De Onderzoeksraad concludeert dat, ondanks de complexiteit van het gebied, er geen aanvullende eisen rond kennis en bekwaamheid van bemanningen van binnenvaartschepen gelden. Dit is wel het geval in vergelijkbare gebieden als bijvoorbeeld de Rijn.’