Reders krijgen gelijk

Raad van State: streep door Amsterdams rondvaartbeleid

Amsterdamse reders van rondvaartboten krijgen gelijk in hun verzet tegen het vergunningenstelsel van de gemeente. De Raad van State heeft in 28 zaken bepaald dat de wijziging van het systeem “onevenredig bezwarend” is voor met name kleine reders. De gemeente moet beter motiveren dat het stellen van een maximumaantal vergunningen voor de passagiersvaart noodzakelijk is, zo stelt de raad.

Rondvaart Amsterdam
Volgens de rondvaartreders is het Amsterdamse vergunningenbeleid 'onrechtvaardig en funest voor met name de kleine salonbootrederijen'. Foto Shutterstock / jan kranendonk

Om de groeiende drukte op de grachten tegen te gaan, kwam de gemeente Amsterdam een paar jaar geleden met een nieuw vergunningenstelsel voor de passagiersvaart, waar onder meer rondvaart- en salonboten onder vallen. In plaats van vergunningen voor onbepaalde tijd wordt nu een maximaal aantal tijdelijke vaarvergunningen verloot. In het nieuwe systeem, dat dit jaar is ingegaan, is plek voor 550 vergunningen. De reders vrezen door de loting voor het voortbestaan van hun bedrijven en spanden rechtszaken aan.

In 2022 was de rechtbank het nog eens met de gemeente Amsterdam, en kregen de reders van rondvaartboten ongelijk. ‘De rechtbank is het met het college eens dat het algemeen belang van een leefbare stad zo’n dringende reden is dat het terecht is dat het aantal vergunningen wordt gemaximeerd’, zo stelde de rechter toen. Ook was de overgangstermijn naar het nieuwe stelsel niet te kort, vond de rechtbank, omdat reders meerdere jaren kregen om zich in te stellen op de nieuwe situatie. De reders stapten daarop naar de Raad van State.

‘Als de gemeente wil vasthouden aan een maximaal aantal vergunningen, dan zal ze opnieuw beleid moeten vaststellen waarbij de maatregelen die zij zal nemen goed zijn gemotiveerd en deze niet zullen leiden tot onevenwichtige resultaten’, zo meldt de Raad van State woensdag.

Niet eerlijk

‘De gemeente mag om veiligheidsredenen een maximum stellen aan het aantal vergunningen voor passagiersvervoer op de Amsterdamse binnenwateren, maar dan moet ze wel goed motiveren dat de maatregelen die ze hiervoor neemt ‘geschikt en noodzakelijk’ zijn en dat heeft ze niet gedaan’, zo meldt de Raad van State woensdag.

De hoogste bestuursrechter stelt ook dat de manier waarop de oude vergunningen afliepen, niet eerlijk was voor kleinere reders. Door een bepaalde rangschikking liepen hun vergunningen eerder af dan die van reders met grote rondvaartboten.

Door de uitspraak van de Raad van State gelden de oude vergunningen met onbepaalde tijd weer. Het is nu aan de gemeente om het beleid aan te passen. ‘Als de gemeente wil vasthouden aan een maximaal aantal vergunningen, dan zal ze opnieuw beleid moeten vaststellen waarbij de maatregelen die zij zal nemen goed zijn gemotiveerd en deze niet zullen leiden tot onevenwichtige resultaten.’