Ook de mentaliteit aan boord beviel hem niet. ‘Het knopje gevoel ging meteen uit. Een goede bekende van me kwam te overlijden en daar was geen begrip voor. Dat viel mij heel erg tegen. Vanwege de uitvaart ben ik bij IJmuiden met de loodsboot van boord gegaan en heb de zee niet meer gezien.’
Martijn ging eerst werken als motorfiets-monteur. Later, toen hij in de koeltechniek zat, kwam hij via een vriend bij het Amsterdamse sleepbedrijf Amstel & Y op een achterbootje terecht. ‘Ik was wel zo slim om na de zeevaartschool het klein vaarbewijs te halen. Het marifooncertificaat had ik al van de zeevaartschool. De binnensleepvaart beviel mij veel beter.’
Oproepkracht
Martijn voer op oproepbasis en werkte daarnaast op de taxi. Dat zorgde voor teveel fluctuatie op zijn bankrekening, dus ging hij op de werf van rondvaartrederij Canal Company werken. Vervolgens kwam hij bij jachtwerf Nicolaas Witsen in Alkmaar terecht. Maar de sleepvaart bleef trekken en hij vond werk op een sleepklus met kleine bootjes bij Gouda.
‘Ik had mijn baan opgezegd, maar drie weken later kreeg de hoofdaannemer ruzie met de onderaannemer en lag de klus stil. Met hangende pootjes terug naar de baas wilde ik ook niet, dus ben ik voor dat bedrijf blijven werken in de werkplaats. Op zich leuk werk, maar een pokken-end van huis. Maar ik had mazzel, want er kwam een baggerklus bij Alkmaar. ‘Een heel klein slootje met een heel klein bootje. Drie maanden gedaan.’ Zo kwam Martijn aan de laatste vaaruren voor zijn matrozenpapieren.
Tekst gaat verder onder de foto
Trionaut
Martijns huidige compagnon, Wessel Hulshof, zocht een matroos voor zijn sleepboot Nienke. Martijn stapte aan boord en een halfjaar deden ze het watertransport voor het zetten van een damwand bij Schagen. Martijn haalde de vaaruren voor zijn groot vaarbewijs en kon toen Wessel aflossen als schipper. Wessel en Martijn hadden eenmanszaken, respectievelijk Amsterdams Arkentransport en MRZ Engineering. In 2018 besloten ze samen de sleepboot Trio te kopen en het bedrijf Trionaut op te richten.
Investeren in elektrische boten zit er voor ons niet in
De in 1937 bij scheepswerf ’t Hondsbosch te Alkmaar gebouwde Trio (14,80 x 3,90 x 1,65 meter) werd opgeknapt en voorzien van een nieuwe Weichai van 340 pk. ‘We hebben een aantal directe klanten, maar we krijgen een groot deel van ons werk van D. Bos Sleepdienst in Westzaan. Daar zijn we heel blij mee. En PK Waterbouw is een goede klant van ons.’
Behalve waterbouwmaterieel zoals kraanpontons, bagger- en beunbakken en koppelpontons, doet Trionaut het transport van woonarken. Door vervanging en nieuwbouw zit er nog genoeg werk in woonarken, constateert Martijn. In 2021 werd de Trinie erbij gekocht, een Buster Boat met een 100 pk Yamaha, om in de smalste en ondiepste vaarten te kunnen duwen en slepen.
Emissieloos
Na 1 januari 2025 mag er alleen nog emissieloos worden gevaren in de Amsterdamse binnenstad. ‘Dat is voor ons wel een dingetje, ja. De gemeente lijkt van plan daaraan vast te houden. Dus dan zijn wij in de binnenstad uitgevaren. Er zijn een paar bedrijven die investeren in elektrische boten, maar dat zit er voor ons niet in. We proberen erop in te spelen door ons werk te verleggen.’
Verwacht hij niet een tekort een sleepboten in Amsterdam? ‘Dat is best mogelijk. De prijzen gaan dan ook door het dak. De investeringen in die elektrische boten moeten worden terugverdiend. Dus Amsterdam maakt zijn eigen projecten veel duurder. Hetzelfde geldt voor het doorvaartprofiel van 20 bij 4,25 meter dat ze willen handhaven, terwijl het al 100 jaar prima functioneerde zoals het was. Ze vinden het te druk op de grachten, maar op deze manier gaan alle transporten die nu in één keer gaan, straks in drie keer.’
Gelaten
Met laconieke gelatenheid ziet Martijn de ES-TRIN-eisen op zich afkomen, zoals die voor een sleeplijn van 100 meter. ‘Die zou dan drie meter hoog achter de stuurhut liggen en nooit worden gebruikt. Het is nagenoeg één eisenpakket voor de hele vaart en niet altijd werkbaar op een kleine boot.’
Wat vindt hij het mooiste aan zijn werk? ‘De vrijheid en afwisseling. Het ondernemerschap heeft administratief zijn haken en ogen, maar het is te doen. Maar het varen zelf blijft leuk.’